Beschrijving
Injectienaalden Microlance BD:
Gebruik voor het injecteren en opzuigen van injectievloeistoffen disposable naalden (naalden voor eenmalig gebruik). Disposable injectienaalden bestaan in diverse lengtes en diktes. De te gebruiken maat is afhankelijk van de injectiemethode, de injectieplaats en de spiermassa. Daarnaast wordt onderscheid gemaakt tussen zwaardere mensen en kinderen voor het kiezen van de juiste maat van de injectienaald. Een injectienaald bestaat uit een holle metalen naald bevestigd op een kunststof luerlock conus. De kleur van de conus hangt samen met de diameter van de injectienaald. Dit zegt dus niks over de lengte van de injectienaald. Check altijd wat daarover op de verpakking staat. In de NEN-EN-ISO 6009:1994/C1:2008 staat de kleurcodering voor identificatie van naalden voor eenmalig gebruik beschreven.
Soorten naalden
Overzicht van diameter, kleur van de conus en lengtes van gangbare naalden:
– diameter (mm); kleur; lengtes (mm) –
- 0,40; grijs; 12-13-16-19-25
- 0,45; bruin; 10-13-16-23
- 0,50; oranje; 10-16-24-25
- 0,60; blauw; 16-25-30-31-32
- 0,70; zwart; 25-30-32-38-40-50
- 0,80; groen; 16-25-38-40-50
- 0,90; geel; 25-38-40-50
- 1,10; beige/ivoor/crème; 25-30-38-40-50
- 1,20; roze; 25-38-40-50
Toepassing naalden
- Intracutaan
- Gebruik voor intracutane injecties een dunne naald: diameter 0,4 – 0,5 mm.
- Gebruik voor de BCG-vaccinatie: 0,5 mm x 10 mm of 0,45 mm x 10 mm (diameter x lengte).
- Subcutaan
- Gebruik voor subcutane injecties een dunne naald: diameter 0,4 – 0,6 mm. Bepaal de lengte van de naald aan de hand van de gebruikte techniek en van de dikte van de huid: voor loodrechte subcutane injecties: 5 – 12 mm; voor subcutane injecties (huidplooitechniek): 19 – 32 mm; voor subcutane injecties bij kinderen (huidplooitechniek): 5, 6, 8, 10 of 12 mm.
- Intramusculair
- Gebruik voor intramusculaire injecties een iets dikkere en langere naald, bijvoorbeeld: 0,8 x 38 – 40 mm (diameter x lengte).
- Gebruik voor vaccinatie bij kinderen (D(K)TP en Hib) naalden met een diameter van 0,5 of 0,6 mm en met een lengte van 24 of 25 mm, omdat daarmee het D(K)TP- en het Hib-vaccin voldoende diep worden gespoten. Gebruik deze naalden in ieder geval bij vier- tot negenjarigen. Men schat de onderhuidse vetlaag bij jonge kinderen vaak te dun in.
- Intraveneus
- Gebruik voor intraveneuze injecties een naald van 0,8 of 0,9 mm dikte met een lengte van bijvoorbeeld 38, 40 of 50 mm.
Deze tabel geeft een idee van de buitendiameters van injectienaalden, bijvoorbeeld hypodermische injectienaalden voor eenmalig gebruik, maar ook andere typen.
Pas op: niet iedere fabrikant hanteert dezelfde waarden of kleurcodes. Dit ondanks dat er voor de kleurcode van naalden een internationale standaard bestaat (ISO 6009:1992, EN/ISO 6009:1994). De buitendiameter van de naalden volgt in theorie de Birmingham Wire Gauge (BWG) nummering, maar de feitelijke diameter wisselt van fabrikant tot fabrikant en wordt dikwijls afgerond tot op 0.05 mm.
Controleer alle specificaties bij de leverancier van uw keuze en ga zorgvuldig na wat er op uw eigen werkplek wordt gebruikt.
LET OP
- Injectienaalden zijn niet bestemd voor gebruik in spuitpompen.
- Opnieuw gebruiken van injectienaalden kan tot letsel/ziekte leiden.
- Niet hersteriliseerbaar
- Om HIV (Aids), hepatitis en andere besmettelijke ziekten door een onbedoelde naaldprik te helpen voorkomen.
- Het kapje niet terugzetten op gebruikte naalden. Naalden zonder kapjes en spuiten wegwerpen in een geschikte naaldcontainer.
- Indien dit niet mogelijk is , één hand gebruiken om het kapje terug te zetten.
- De injectienaalden zijn niet pyrogeen.
- De injectienaalden zijn niet giftig.
